De uitvoering van contracten in tijden van Covid-19: Overmacht?

De razendsnelle verspreiding van het coronavirus (Covid-19) dwingt de overheid tot steeds drastischere maatregelen. In een eerste fase werden alle evenementen geannuleerd; en ondertussen wordt het doen en laten van burger en onderneming steeds verder en drastisch ingeperkt.

Dit lam leggen van maatschappelijke actoren zorgt voor een domino-effect op de uitvoering van contracten. Zal ik nog leveringen kunnen ontvangen, en wat is de invloed daarvan op de nakoming van mijn eigen contractuele verplichtingen? Kan ik zelf nog leveren of werken uitvoeren? Kan ik mijn contractuele verplichtingen desnoods tijdelijk opschorten? Wat te doen als het definitief onmogelijk is geworden om mijn verplichtingen nog na te komen, omdat een uitstel geen zin heeft? Wat als ik zelf besmet ben?

Er ontplooit zich een amalgaam aan economisch-juridische spanningen, waarbij het begrip van “overmacht” een centrale rol lijkt te spelen.

Dit overzicht moet u een korte eerstelijnsguideline bieden. Voor een doorlichting van uw concreet probleem of toetsing van uw contractuele voorwaarden, neemt u best contact op met onze vakgroep Verbintenissenrecht - bijzondere overeenkomsten - contracten.

***

Overmachtclausules

De contractuele voorwaarden bieden een eerste aanknopingspunt (contract, algemene voorwaarden, bestek…). Mogelijk wordt voorzien in een contractuele definitie van het begrip “overmacht” en de daaraan verbonden rechtsgevolgen voor partijen.

Enerzijds kunnen er voorbeelden van overmachtsituaties worden opgesomd (bv. oorlog, overstromingen, epidemieën, overheidsmaatregelen). Anderzijds (of tegelijkertijd) wordt mogelijk een abstracte omschrijving van “overmacht” voorzien, hoewel daarbij aangeraden wordt om een beschrijving te kiezen die zo sterk mogelijk aanleunt bij de definitie die wordt gehanteerd in de [meerderheids]rechtspraak.

Vervolgens worden vaak ook de rechtsgevolgen van als overmacht gekwalificeerde gebeurtenissen beschreven. Doorgaans wordt gesteld dat de contractpartij die haar verbintenissen door overmacht niet kan nakomen, niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de daardoor veroorzaakte schade. De uitvoering van de verbintenis kan ook worden opgeschort voor de duur van de periode van overmacht (zoals bv. de duur van de overheidsmaatregelen).

In B2B-relaties zijn bedingen die bepaalde overmachtsituaties (zoals epidemieën of daaruit voortvloeiende overheidsmaatregelen) uitsluiten, principieel toegelaten, mits er geen sprake is van een te verregaande uitsluiting van aansprakelijkheid (exoneratie). Voor toekomstige contracten (gesloten na 1 december 2020) moeten bovendien de nieuwe regels inzake onrechtmatige bedingen in acht worden genomen (zie blog dd. 03.09.2019).

In B2C-relaties bestaan deze laatste regels al langer in het kader van de consumentenbescherming. Zo kan men een consument het recht niet ontzeggen om een overeenkomst kosteloos te ontbinden in gevallen van overmacht. Omgekeerd mag een onderneming haar aansprakelijkheid ten opzichte van een consument voor niet-uitvoering van haar contractuele verplichtingen wegens overmacht wel uitsluiten of beperken.

Wat als er contractueel niets werd voorzien?

Dan moet worden teruggevallen op de regels uit het Burgerlijk Wetboek (art. 1142, 1147 en 1148 B.W.).  

Als men erin slaagt om aan te tonen bij de uitvoering van zijn contractuele verplichtingen [definitief of tijdelijk] door een vreemde oorzaak (zoals overmacht of toeval) te zijn overmand, dan wordt men bevrijd van zijn verbintenis. Deze moet [definitief of tijdelijk] niet meer worden nagekomen, noch is men een vervangende schadevergoeding verschuldigd.  

Algemeen gesteld geldt het volgende onderscheid naargelang het type van overeenkomst:  

Als in een wederkerige niet-eigendomsoverdragende overeenkomst één van de partijen definitief wordt bevrijd door overmacht, dan wordt ook de andere partij bevrijd van haar verbintenis[sen]. Het kan bijvoorbeeld gaan om huur, aanneming van werken of dienstencontracten. Zo gaat in tijden van corona de overeenkomst tussen de organisatie van een geannuleerd evenement en een ingehuurde barman wederzijds teniet. Belangrijke nuance daarbij is dat uitgevoerde prestaties wel nog betaald moeten worden. De standhouder op een evenement dat de dag zelf wordt geannuleerd, zal in beginsel nog steeds verplicht zijn om de aannemer-standbouwer te betalen voor de op- en afbouw van de stand.   

Het is echter opletten geblazen in bepaalde wederkerige eigendomsoverdragende overeenkomsten, zoals de koop van een welbepaalde zaak. Daarbij gaat het eigendomsrecht in principe over bij loutere overeenstemming over zaak en prijs, ook al werd er nog niet geleverd. Als de verkoper niet meer zou kunnen leveren omwille van coronamaatregelen, is de koper wel nog de prijs verschuldigd. De eigenaar draagt het financiële risico van de overmacht. Dat beginsel is gelukkig slechts aanvullend, zodat daaraan vaak een contractuele mouw wordt gepast.

Beschouwt de wet het coronavirus als een geval van overmacht?

Een wettelijke definitie ontbreekt. Daardoor moet men het in de Belgische rechtsorde stellen met een omschrijving geboetseerd uit interpretaties in rechtspraak en rechtsleer van voorgaande feitelijkheden.   “Overmacht” moet dan worden gezien als een onoverkomelijke, onvoorzienbare hindernis, vreemd en niet toerekenbaar aan de wil of het handelen van de contractspartijen, waardoor de nakoming van een verbintenis [definitief of tijdelijk] [absoluut of redelijkerwijs] onmogelijk is geworden.  

Zo blijkt meteen dat “overmacht” helemaal geen duidelijke notie is. De rechter is vrij om feitelijk te interpreteren, maar er kan ons inziens wel verwacht worden dat besmetting met het coronavirus of de beperkende overheidsmaatregelen (bv. lock-down of gedwongen sluiting van ondernemingen) als situatie van overmacht zullen worden aanvaard, weliswaar mits de feiten zich daartoe lenen.  

Deze uitzonderlijke situatie kan niet worden aangegrepen om gelijk welke niet-naleving van overeenkomsten te rechtvaardigen. Ons rechtssysteem laat een dergelijke chaos niet toe.

***

Wees discussies in de nasleep van de coronacrisis te snel af en neem contact op met onze vakgroep Verbintenissenrecht - bijzondere overeenkomsten - contracten voor een advies indien u vreest met de niet-nakoming van de verbintenissen van uw contractspartij te zullen worden geconfronteerd. Ook als het kwaad reeds is geschied, kan u bij ons terecht.   In de loop van volgende dagen voorzien wij nog publicaties over concrete voorbeelden van probleemsituaties in deze tijden van corona.  

Ons kantoor is voorbereid om u vanop afstand [via e-mail, telefoon of videoconference] met raad en daad bij te staan in deze bijzondere tijden.